Blountziekte verwijst naar een lokale verstoring van de groei van het mediale aspect van de proximale tibiale metafyse en/of epifyse die resulteert in tibia vara. De aandoening is meestal bilateraal.
Epidemiologie
er is geen erkend overerving patroon.
klinische presentatie
klinisch heeft het kind vaak een buiging van de benen (tibia vara) met weinig of geen geassocieerde pijn.
pathologie
een relatief gebrek aan groei van de mediale proximale tibiale physis treedt op, waarschijnlijk secundair aan een toename van de drukkrachten op de proximale tibiale physis.
Subtypes
er zijn infantiele, juveniele en adolescente vormen. Het infantiele type komt 5x vaker voor dan de anderen en wordt vooral gezien bij vroege wandelaars. Het blijkt het resultaat te zijn van abnormale drukkrachten die de groei aan de mediale groeiplaat remmen en niet van avasculaire necrose.
het adolescente type komt voor bij oudere kinderen met overgewicht en is een mildere ziekte. Het is vaak unilateraal en posttraumatisch.
classificatie
de voorwaarde kan worden ingedeeld in zes fasen volgens het systeem voorgesteld door Langenskiold et al. 2. Zie: langenskiold classification of Blount disease.
associaties
obesitas bij kinderen, met name bij adolescenten type 4.
Radiografische kenmerken
de scheenbeenschacht bevindt zich in de positie van de varus en de epifyse is wigvormig, gefragmenteerd of kan afwezig lijken. De aangrenzende metafysis is ook depressief en heeft een snavel-achtige uitstulping van rarified bot georiënteerd mediaal. Dit zorgt ervoor dat de metafysaire-diafysaire hoek van Drennan toeneemt (meestal meer dan 11º). De laterale corticale wand van de bovenste tibiale metafyse blijft opvallend recht.
Pre-operatieve MRI kan worden gebruikt voor het detecteren van botstaven van de fysicus.
behandeling en prognose
de behandeling is afhankelijk van het subtype en het stadium. Als algemene regel:
- infantiel of vroeg stadium: vaak conservatief beheerd
- adolescent of laat stadium: een proximale tibiale osteotomie wordt vaak beschouwd als
geschiedenis en etymologie
het werd voor het eerst beschreven door Blount in 1932.
differentiële diagnose
voor beenbuiging overweeg: differentieel voor beenbuiging bij kinderen.